In een Italiaans restaurant op Melrose Avenue zat ik tegenover Rick Rubin, een van de invloedrijkste producers ter wereld. Met knikkende knieën en nauwelijks rakend aan mijn lasagne, probeerde ik niet te laten merken hoe surreëel dit moment was voor een jongen uit Rotterdam.

De fax die alles in gang zette

Het was 1993. "Poing" had net Nederland op zijn kop gezet en mijn leven was compleet veranderd. Van een jongen die in zijn slaapkamer beats maakte, was ik plotseling iemand met een platina plaat. De wereld van de muziekindustrie lag voor me open – althans, dat dacht ik.

Op een doodgewone dag stond ik op het Mid-town kantoor toen er een faxbericht binnenkwam. Voor jongere lezers: een fax was als een e-mail die rechtstreeks naar je printer werd gestuurd via een telefoonlijn. Best magisch eigenlijk. Maar nog magischer was de afzender: Rick Rubin's kantoor bij Def American Recordings.

De fax bevatte een licentieovereenkomst voor de complete Rotterdam Records catalogus, te distribueren door Warner Brothers in Amerika. Mijn hart sloeg een slag over. Rick Rubin. De man achter Def Jam. De producer van The Beastie Boys, Public Enemy, Red Hot Chili Peppers en Johnny Cash. De bebaarde goeroe die housemuziek serieus nam.

Ik informeerde bij Hans en René, de grote bazen van Mid-town, naar de deal. Het antwoord was teleurstellend: "Warner biedt niet genoeg geld." Ze waren niet geïnteresseerd. Maar ik was dat wel. Dolenthousiast.

Een onverwachte uitnodiging

Met hulp van mijn collega Marco, destijds de inkoper bij Mid-town, besloot ik het heft in eigen handen te nemen. We faxten terug, presenteerden me als producer bij het label en bood mijn diensten rechtstreeks aan Rubin aan. Een brutale zet, maar ik had niets te verliezen.

Een paar dagen later rinkelde de telefoon. "Gary Richards hier, A&R manager bij White Labels." White Labels was Rubin's sublabel voor dance en elektronische muziek. Gary, beter bekend als DJ Destructo, was Rubin's rechterhand voor alles wat met housemuziek te maken had. En hij vroeg me om naar Los Angeles te komen.

Ik kon het niet geloven. Plotseling zat ik in het vliegtuig naar LAX, een demo-tape in mijn rugzak en een hoofd vol dromen.

Welkom in Hollywood

"Mooie auto," zei ik toen Gary me ophaalde in een witte Porsche 911 Targa.” Die is van Rick," antwoordde hij nonchalant.

De geur van Los Angeles was het eerste dat me opviel toen ik uit het vliegtuig stapte. Een frisse, aangename geur die ik later zou leren kennen als de geur van eucalyptusbomen. De stad voelde onwerkelijk, als een film die tot leven was gekomen.

Gary zette me af bij The Hyatt op Sunset, ook bekend als "The Continental Riot house". Het legendarische hotel waar Led Zeppelin ooit motorfietsen door de gangen reed en TV's uit ramen gooide. Het lag aan de beroemde Sunset Strip, waar alle grote rock- en metal-clubs zaten zoals The Whisky a Go Go en The Roxy.

"Is het veilig om hier rond te lopen?" vroeg ik, me bewust van de verhalen over LA. Gary lachte: "Ja hoor, geen probleem." En hij reed weg.

Lunch met een legende

De volgende dag was het zover. Gary nam me mee voor lunch met Rick Rubin. We zaten al even aan een tafeltje te wachten in een Italiaans restaurant op Melrose Avenue toen er een Rolls-Royce voor de deur stopte. De bestuurder stapte uit: een man met een gigantische baard, zonnebril, wit T-shirt, versleten spijkerbroek en geen sokken.

Het was hem. De legendarische Rick Rubin.

Hij kwam naar onze tafel en schudde mijn hand. Zijn handdruk was stevig, zijn aanwezigheid kalm maar imponerend. We bestelden en begonnen te praten. Of nou ja, zij praatten. Ik probeerde voornamelijk mijn zenuwen te bedwingen.

Rick vroeg naar mijn muziek, naar Rotterdam Records, naar de Europese hardcorehouse scene. Ik probeerde intelligent te klinken terwijl ik mijn lasagne nauwelijks aanraakte. Mijn maag zat in knopen. Later zou ik me verontschuldigen voor het niet opeten van mijn maaltijd, en Rick keek me aan met een vriendelijke blik. "Geen probleem."

We werden slechts één keer onderbroken tijdens de lunch, door een kind dat om Rick's handtekening vroeg. Ik was verbaasd door hoe normaal en toegankelijk deze muziekgigant eigenlijk was.

De villa op de heuvel

Na de lunch reden we naar Rick's huis, een prachtige villa op een heuvel met uitzicht op Sunset Boulevard. Toen we binnenkwamen, was het eerste wat me opviel een levensgrote opgezette beer in zijn bibliotheek. Het was surreëel.

In zijn woonkamer stond een DAT-machine (Digital Audio Tape) naast zijn bank en speakers op zijn salontafel. Geen indrukwekkende studio vol apparatuur, maar een eenvoudige, minimalistische setup. Dat verbaasde me, maar het toonde ook de essentie van Rick's benadering: het ging om de muziek, niet om de apparatuur.

Ik gaf hem mijn demo, met daarop fragmenten van mijn nog niet uitgebrachte "Sunset Party Slamm" EP. Hij draaide het af, luisterde aandachtig. Geen commentaar, geen reactie, alleen luisteren.

Gary had een visie van een liveact waarbij ik een grote snaredrum zou bespelen in time met de muziek. Tijdens het luisteren toonde Rick interesse in mijn track "44 Mag” en vroeg naar de sample.

Na de luistersessie gaf hij me een paar CD's uit zijn collectie. Slayer, Danzig en andere acts die hij had geproduceerd. Ik vroeg of hij ze niet zou missen. Hij lachte en zei: "Als we er doorheen zijn, maken we gewoon meer."

Hollywood nachten

De dagen die volgden waren als een droom. Gary nam me mee naar alle hotspots van Los Angeles. We gingen naar The Viper Room, de club van Johnny Depp op de Sunset Strip, maar ik werd geweigerd omdat ik onder de 21 was. De uitsmijter verontschuldigde zich en vertelde dat ze streng moesten zijn sinds River Phoenix een paar weken eerder was overleden op de stoep van de club.

Gary nam me ook mee naar een feest in de Hollywood Hills, georganiseerd door een uitgever van Warner Brothers. Het huis was voorheen bewoond door The GoGo's. De uitgever was ook een buurman van rapper Ice-T en keek uit op Jerry Seinfeld's tennisbaan. Het voelde alsof ik in een aflevering van "Lifestyles of the Rich and Famous" was beland.

Op onze laatste dag gingen we naar Malibu om te surfen met Gary's vrienden. Staand op het strand, kijkend naar de eindeloze Stille Oceaan, besefte ik hoe ver ik was gekomen van mijn slaapkamer in Rotterdam. En hoe ver ik nog zou kunnen gaan.

De droom die vervloog

Terug in Nederland stortte ik me vol overgave op het maken van nieuw materiaal. Ik kon niet wachten om Gary te updaten over mijn voortgang en de volgende stappen te bespreken in wat ongetwijfeld een wereldwijde carrière zou worden. Maar de realiteit had andere plannen.

Toen ik belde naar American Recordings, vertelde de receptioniste me dat Gary het bedrijf had verlaten voor een A&R positie bij East West Records. Ik probeerde contact met hem op te nemen op zijn nieuwe werk, maar hij reageerde nooit.

Vervolgens belde ik weer naar het kantoor van American Recordings en vroeg om Rick te spreken. De receptioniste vertelde me dat hij geen kantoor had en dat ik een bericht kon achterlaten. Ook die berichten bleven onbeantwoord.

De stilte was oorverdovend.

De echo van een gemiste kans

Jarenlang koesterde ik de droom om het te maken in Los Angeles. Ik wijdde mezelf aan het maken van muziek die Rick's aandacht zou trekken. Een van mijn pogingen resulteerde in het "Devnull" project dat ik in 2003 produceerde, een stijl die breakbeats, synthesizers en gitaarriffs combineerde met rapvocals van Zeno Zevenbergen van T99.

Als ik er nu naar luister, was het vooral een poging om de stijl van Linkin' Park na te bootsen. Desondanks haalde het project de halve finales van de Nederlandse talentenjacht "De Grote Prijs van Nederland". Ik stuurde de demo naar Rick, maar diep vanbinnen wist ik dat er geen reactie zou komen.

Tijdens het maken van mijn documentaire "Oldschool Renegades" kwam ik erachter dat zelfs artiesten die de kans hadden gekregen om met Rick te werken, zoals Praga Khan en Joey Beltram, daar niet veel succes hadden bereikt. Het was een kleine troost, maar het deed de vraag niet verdwijnen: wat als?

Wat als Rick me had getekend? Wat als ik in 1993 was gebleven in LA? Wat als ik een carrière had opgebouwd als producer in de VS in plaats van terug te keren naar de Nederlandse dance scene?

Lessen van een bebaarde wijze

Terugkijkend op mijn korte ontmoeting met Rick Rubin besef ik dat het een keerpunt in mijn leven was. Niet vanwege wat er gebeurde, maar vanwege wat er níét gebeurde. Soms zijn het de paden die we niet bewandelen die ons het meest definiëren.

De lessen die ik van Rick leerde, zelfs in die korte tijd, hebben me wel gevormd. Zijn focus op eenvoud, zijn onvoorwaardelijke toewijding aan het creëren, en zijn vermogen om boven genres uit te stijgen - dit zijn allemaal kwaliteiten die ik heb proberen na te streven in mijn eigen carrière.

En wie weet, misschien kruisen onze paden ooit nog eens. De muziekindustrie is tenslotte een kleine wereld. Als dat gebeurt, zal ik hem vertellen over die nerveuze jongen uit Rotterdam die zijn lasagne niet opat. Ik denk dat hij zou lachen.

En deze keer zou ik mijn bord leeg eten.


Dit artikel is gebaseerd op een hoofdstuk uit mijn boek "POING: Het onverwachte volkslied van een hardcore generatie", waarin ik terugblik op mijn carrière in de muziekindustrie en de impact van onze hit "Poing" op de elektronische muziekscene.